4 Personen
500 g gepelde rauwe tijgergarnalen
4 tenen knoflook
2 takjes peterselie
100 ml olijfolie extra vierge
1 gedroogde laurierblaadjes
1 tl gedroogde chilipeper (uit molentje)
1 mespunt grof zeezout
Laat de garnalen ontdooien door ze enkele min. onder te dompelen in warm water. Laat uitlekken en dep droog met keukenpapier. Snijd de knoflook in plakjes en de peterselie fijn.
Verwarm de olie in een diepe koekenpan of hapjespan. Bak de knoflook met het laurierblaadje zachtjes, tot de geur vrijkomt. Maal een beetje chilipeper erboven. Voeg de garnalen toe en bak op matig vuur al omscheppend in 3-5 min. gaar.
Verdeel de garnalen over vier warme lage schaaltjes (van Spaans aardewerk), verwijder het laurier. Strooi de peterselie en het zeezout erover.